Vlaanderen startte een grootschalige inhaalbeweging schoolinfrastructuur via alternatieve financiering, beter bekend onder de naam DBFM (Design, Build, Finance en Maintain).
Het publiek-privaat investeringsprogramma voor scholenbouw 'Scholen van Morgen' is goed voor 182 projecten, meer dan 200 nieuwe of grondig gerenoveerde schoolgebouwen in Vlaanderen en Brussel en een investering van ongeveer 1,5 miljard euro. Meteen is dit het grootste publiek-private scholenbouwprogramma in Europa van de afgelopen jaren.
De DBFM-vennootschap ‘Scholen van Morgen’ is een publiek-private samenwerking tussen de Vlaamse overheid en AG Real Estate en BNP Paribas Fortis.
In ruil hiervoor betaalt de betrokken inrichtende macht aan de DBFM-vennootschap gedurende 30 jaar vanaf de voorlopige oplevering per kwartaal een prestatiegebonden beschikbaarheidsvergoeding. Na de periode van 30 jaar wordt de inrichtende macht eigenaar van de schoolinfrastructuur.
Door de verlaging van het BTW-tarief op scholenbouw kwam er 160 miljoen euro extra investeringsruimte vrij binnen het programma Scholen van Morgen.
Het DBFM-programma ‘Scholen van Morgen’ telt acht passiefscholen.
‘Scholen van Morgen’ focust zich op nieuwbouw en substantiële renovatie van verouderde schoolgebouwen. De gemiddelde gebouwoppervlakte van een DBFM-project bedraagt 3 890 m2.
De DBFM-projecten zijn verspreid over heel Vlaanderen. Met het DBFM-programma worden in meer dan 100 verschillende Vlaamse steden of gemeenten nieuwe scholen gebouwd. De steden met het grootst aantal projecten binnen ‘Scholen van Morgen’ zijn Antwerpen (10), Kortrijk (8), Gent (8), Vilvoorde (7), Hasselt (5) en Roeselare (5).
Meer dan 60 verschillende architectenbureaus en een 10-tal aannemersconsortia ontwerpen, bouwen en onderhouden de DBFM-projecten.
De bouw- en opleveringspiek van deze DBFM-operatie lag in 2016. Niettemin werden in 2017 nog eens 40 projecten opgeleverd en in gebruik genomen, goed voor 128.290 m2 aan gebouwoppervlakte.